In overleg met uw behandelend (tand)arts heeft u besloten implantaten in uw onderkaak te laten aanbrengen voor een klikgebit. In dit informatieblad vindt u alles wat voor u van belang is in verband met deze ingreep.

Wat is een implantaat?
Een implantaat kan het beste gezien worden als een soort kunstwortel die in de kaak wordt geplaatst. Het heeft de vorm van een cilinder of schroef en kan variëren in lengte en dikte. In de meeste gevallen wordt een implantaat van titanium gemaakt. Titanium is een materiaal dat goed geaccepteerd wordt door het lichaam.
Een implantaat wordt in het kaakbot geplaatst en zal daarin vastgroeien. Hoe lang dat duurt, is onder meer afhankelijk van de kwaliteit van het bot: gerekend wordt met een periode tussen de zes weken en zes maanden.
Voorbereiding
Neem begeleiding mee als u naar het ziekenhuis komt. Na afloop van de behandeling mag u meteen naar huis, maar kunt u beter niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen.
De ingreep
Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de polikliniek Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie op niveau 2 van het Maastricht UMC+ . Volg route H-2 groen.
De implantaten worden meestal onder plaatselijke verdoving geplaatst in het voorste gedeelte van de onderkaak, ongeveer op de plaats van de vroegere hoektanden. Meestal worden twee en soms vier implantaten geplaatst. De behandeling duurt ongeveer één uur. Ze is misschien oncomfortabel, maar niet pijnlijk. Na de behandeling kunt u weer naar huis.
Weer thuis
De eerste dagen na de ingreep zal het wondgebied zwellen. Ook zult u napijn krijgen. Daarvoor kunt u de pijnstiller gebruiken die de Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurg (MKA-chirurg) voorgeschreven heeft. Het is belangrijk dat u de mond en het wondgebied goed reinigt. U kunt gewoon tandenpoetsen; wees een beetje voorzichtig bij de wond. De wond wordt gehecht met een materiaal dat tussen drie dagen en drie weken oplost en vanzelf verdwijnt.
Na het plaatsen van de implantaten mag u uw oude onderprothese een aantal dagen niet dragen. Daarna wordt deze aangepast. U mag de oude onderprothese in de periode na de ingreep, totdat u een nieuw klikgebit heeft, maar beperkt gebruiken en dragen. Belangrijk is dat het kaakbot de gelegenheid krijgt te vergroeien met de implantaten. Te veel druk verstoort dit proces van heling. U mag niet kauwen en/of afbijten, het eten moet zacht en vloeibaar zijn. In principe kunt u alles eten, alleen niet op de gewone manier. Het voedsel kan worden fijngemalen met behulp van een blender of staafmixer. U moet uw oude prothese in elk geval ’s nachts uit laten.
Afhankelijk van het soort implantaat en de plaats waar ze geplaatst worden, zijn de implantaten soms direct zichtbaar in de mond en soms door tandvlees bedekt. In het laatste geval worden de implantaten zes weken tot zes maanden na de plaatsing via een kleine ingreep zichtbaar gemaakt.
Meestal krijgt u een controleafspraak voor één tot drie weken na de behandeling. Vervolgens moeten de implantaten vastgroeien in de kaak. Dit kan zes weken tot zes maanden duren.
De lengte van de periode is onder meer afhankelijk van de kwaliteit van het bot. Als de implantaten goed zijn vastgegroeid, wordt door uw tandarts een klik-mechanisme op de implantaten aangebracht waarop het kunstgebit vastgeklikt kan worden. Uw tandarts kan kiezen voor een staafconstructie waarbij de implantaten met elkaar worden verbonden, of voor drukknoppen. Een klikgebit zit niet muurvast in de mond, maar kan tijdens het eten en spreken veel minder verschuiven. Ook komt er meestal minder voedsel onder het kunstgebit. Het gebit kan wel worden uitgehaald om het goed schoon te maken (minimaal twee keer per dag).
Het gebit en de implantaten moeten regelmatig worden gecontroleerd. Regelmatige nazorg is noodzakelijk. Ongeveer twee keer per jaar is controle van de gebitsprothese en de implantaten door uw tandarts nodig.
Mogelijke complicaties
Geen enkele medische ingreep, dus ook een behandeling met implantaten, is helemaal zonder risico. Bij een goede mondhygiëne en regelmatige controle kunnen de implantaten vijftien jaar en langer meegaan. De levensduur is onder andere afhankelijk van de hoeveelheid en het soort kaakbot.
U hebt een groter risico op ontsteking (peri-implantitis) en verlies van de implantaten als u:
- rookt;
- u meer dan 10 glazen alcohol per dag gebruikt;
- uw mond niet goed verzorgt;
- als u diabetes hebt en/of parodontitis hebt of hebt gehad.
In een beperkt aantal gevallen groeit een implantaat niet goed vast of komt het na verloop van tijd los. Het implantaat moet dan worden verwijderd.
Contact
Als u na het lezen van dit informatieblad nog vragen heeft, neem dan contact met ons op.
Polikliniek Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie
043 -387 52 00 / 387 65 43 Tijdens kantooruren