Mumc+ foto online folders

Folder

Epilepsie: Stereo-EEG (SEEG)

Het meten van hersenactiviteit

U heeft last van epileptische aanvallen. Hiervoor heeft u al onderzoeken gehad. Het is nog niet duidelijk waar deze aanvallen precies vandaan komen. Daarom krijgt u nu een Stereo-EEG.
Hiermee onderzoeken we welk deel van de hersenen een rol speelt bij het ontstaan van aanvallen. De neuroloog van Kempenhaeghe verwijst u hiervoor naar het Maastricht UMC+.

In deze folder leest u meer over dit onderzoek. Laat deze folder gerust ook aan familie lezen. Dan weten ook zij wat ze kunnen verwachten. 

Het meten van hersenactiviteit

Met een Stereo-EEG meten we de activiteit diep in de hersenen. Dit is dicht bij de plek waar epileptische aanvallen ontstaan. We gebruiken voor dit onderzoek diepte-elektroden. We brengen deze in de hersenen tijdens een operatie. Het plaatsen en het verwijderen van de elektroden gebeurt in het ziekenhuis. Eerst moeten we bepalen waar we de elektroden moeten inbrengen. U krijgt hiervoor een zogenaamd stereotactisch frame op uw hoofd. Het meten van de hersenactiviteit (registratie) doen we in het Maastricht UMC+ of in Kempenhaeghe.

Voor de operatie heeft u een afspraak op de poliklkiniek. Hier zijn de verpleegkundig specialist en de neurochirurg bij aanwezig. Tijdens deze afspraak ontvangt u informatie over de operatie, zoals het doel en risico's. Ook kunt u vragen stellen. 

Is dit onderzoek voor uw kind? Dan is er ook een kinderneuroloog bij het gesprek. U krijgt ook een afspraak met het pedagogisch team. Dit team ondersteunt uw kind als het in het ziekenhuis wordt opgenomen. Om het stereotactisch frame bij uw kind te plaatsen is soms een (korte) narcose nodig. We  bespreken dit met u tijdens de afspraak op de polikliniek. 

Voor de operatie

U wordt een dag voor de operatie opgenomen in het ziekenhuis. U ligt op de verpleegafdeling neurologie/neurochirurgie. Kinderen worden opgenomen op de kinderafdeling (B2).
Was uw haren de avond voor de operatie met  met een speciale shampoo (Betadine shampoo). Deze krijgt u van de verpleging. Verder moet u vanaf 24.00 uur 's avonds nuchter blijven.
Dit betekent dat u niets meer mag eten en drinken. Wel moet u op de ochtend van de operatie uw medicijnen tegen epilepsie met een slokje water innemen. Het is dus belangrijk dat u deze medicijnen meeneemt naar het ziekenhuis.

Een half uur voordat wij het stereotactisch frame op uw hoofd plaatsen krijgt u een pijnstiller. Kinderen krijgen meestal een (korte) narcose. 

 

plaatsen frame stereo EEG
1: Stereotactisch frame

Voorbereiding op de operatie

De neurochirurg en neuroloog bepalen samen de beste plek voor de elektroden. Ze kijken hierbij naar eerdere onderzoeken. Ook maken ze een MRI. U krijgt hiervoor een stereotactisch frame op uw hoofd (zie afbeelding 1). Wij plaatsen dit frame 's ochtends op de operatie afdeling.  U krijgt hiervoor een plaatselijke verdoving. Het plaatsen kan een knellend gevoel geven. Dit gevoel verdwijnt na ongeveer 10 tot 15 minuten. 

Na het plaatsen van het frame krijgt u een CT-scan. Daarna wacht u op de verpleegafdeling. Het frame blijft op uw hoofd zitten. Met het frame op uw hoofd mag u niet meer uit bed.  Ga daarom voordat u naar de operatiekamer gaat naar het toilet. De artsen berekenen de plek van de elektroden. Dit kan een aantal uur duren. 
Als de artsen klaar zijn, gaat u naar de operatiekamer voor de operatie die onder narcose plaatsvindt.

Bij kinderen plaatsen we het frame meestal onder narcose. Zij blijven ook tijdens het wachten onder narcose. De kinderen blijven zolang op de Kinder Intensive Care Unit (PICU). Is er geen narcose nodig dan blijft u wakker op de PICU. U mag als ouder bij uw kind blijven. 

De operatie

Het verschilt per persoon hoe lang de operatie duurt. Dit hangt af van het aantal elektroden dat we moeten plaatsen (zie afbeelding 2). Tijdens de operatie boort de neurochirurg een klein gaatje in de schedel. Voor iedere elektrode is een gaatje nodig. In dit gaatje komt een schroef (zie afbeelding 3). De elektrode wordt hierdoor naar binnen gebracht. Zit de elektrode op de goede plek? Dan wordt deze in de schroef vastgezet.

Dit gaat zo door totdat alle elektroden op de goede plek zitten. Daarna verwijdert de chirurg het frame. U wordt wakker met een dik verband om uw hoofd. Dit beschermt de elektroden. Het zorgt er ook voor dat u zo weinig mogelijk last heeft van de schroeven.

Stereo EEG voorbeeld van een diepte-elektrode
2: Voorbeeld van een diepte-elektrode
stereo EEG voorbeeld van een fixatie-schroef
3: Voorbeeld van een fixatie-schroef

Na de operatie

Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. U komt hier weer bij van de narcose. Als u goed wakker bent brengen wij u naar de Medium Care afdeling. De arts op de afdeling bepaalt wanneer dit kan. Soms is er op deze afdeling geen plaats. Dan blijft u een nacht op de uitslaapkamer. 

De dag na de operatie krijgt u een MRI en/of een CT-scan van het hoofd. Hiermee controleren wij of de elektroden op de goede plek zitten. Daarna brengen wij u naar de Epilepsie Monitoring Unit (EMU) in Kempenhaeghe of naar de EMU in het MUMC+. De arts bespreekt dit met u. Gaat u naar Kempenhaeghe? Dan brengen wij u met een ambulance.  

Het verschilt per persoon hoe lang u op de EMU blijft. Het is belangrijk dat we via de elektroden genoeg informatie krijgen over uw epileptische aanvallen. We noemen dit de registratie. Soms duurt dit twee weken. Soms duurt het ook langer. 

Kinderen gaan na de operatie naar de Kinder Intensive Care (PICU). U mag als ouder bij uw kind blijven. Ook 's nachts. Bij kinderen gebeurt de controle van de elektroden soms ook onder narcose. In dat geval gebeurt de controle meteen na de operatie. Dus voordat uw kind wakker wordt.

 

Mogelijke gevolgen

Iedere operatie kan gevolgen hebben. Klachten of problemen die bij een Stereo-EEG kunnen optreden zijn: 

Trombose/embolie: dit is een (losgeraakt) stolsel in een bloedvat. Dit stolsel sluit het bloedvat helemaal of voor een deel af. Meestal treedt trombose/embolie op in een ader van een been. U krijgt tijdens de operatie één keer per dag een spuitje. Dit bevat een middel dat uw bloed dunner maakt. Hiermee maken we het risico op trombose/embolie kleiner. Het spuitje is niet meer nodig als u genoeg uit bed komt. 

Ontsteking: De kans op een ontsteking van de wond is klein. Deze is niet hoger dan 1 tot 2 procent. Dit geldt ook voor de kans op hersenvliesontsteking. Tijdens de operatie krijgt u een infuus en een slangetje in de blaas (katheter). Dit kan ook voor een ontsteking zorgen.  

Bloeding in het hoofd: Tijdens de operatie plaatsen we elektroden in de hersenen. Dit kan een bloeding in het hoofd veroorzaken. Dit kan tijdens de operatie of in de eerste 24 uur na de operatie gebeuren. Daarna is de kans op een bloeding duidelijk kleiner. Een bloeding komt maar zelden voor. Het risico op een bloeding met mogelijk blijvend verlies van functies is ongeveer 3 procent. Dit risico hangt af van meerdere zaken. Zoals het aantal elektroden dat u krijgt. En de plaats daarvan in de hersenen. 

Het risico hierop is ook groter als u vaak en makkelijk bloed verliest. Dit is het geval als u snel blauwe plekken of een bloedneus krijgt of als u bijvoorbeeld lange nabloedingen heeft bij de tandarts. Dit kan duiden op een storing in de bloedstolling. Maar het kan ook komen door de medicijnen die u gebruikt. Verliest u vaak en makkelijk bloed? Vertel dit dan altijd aan de arts die u behandelt. De arts neemt dan maatregelen om ervoor te zorgen dat dit minder snel gebeurt.

Het is belangrijk dat u voor de operatie geen bloedverdunners meer gebruikt. In deze folder staat een lijst van bloedverdunners. De arts bespreekt met u wanneer u met de bloedverdunners moet stoppen. Het kan zijn dat u dit moet navragen bij de arts die u de bloedverdunners voorschrijft. 
De gevolgen van een bloeding in het hoofd zijn verschillend. Dit wordt mede bepaald door de plaats van de bloeding. Ontstaat de bloeding tussen de schedel en de hersenen dan is er meestal sprake van minder bewustzijn, hoofdpijn en/of tijdelijke functiestoornissen. De bloeding kan tot blijvende hersenschade leiden. Denk hierbij aan een verlamming aan een kant van het lichaam. Of aan moeilijker praten. 
Soms is er na een grote bloeding een operatie nodig. Dit gebeurt bij grotere bloedingen die voor klachten zorgen. In dat geval kan het zijn dat we de pas ingebrachte elektroden weer moeten verwijderen. 

Hersenzwelling: Het plaatsen van de elektroden kan voor een zwelling (verdikking) van het hersenweefsel zorgen. Tijdens en na de operatie krijgt u daarom dexamethason toegediend. Dit is een medicijn. Het zorgt ervoor dat de kans op een zwelling kleiner wordt. U krijgt dit medicijn een paar dagen. Wij houden uw bloed(suiker) in deze periode extra in de gaten. En u krijgt een medicijn om uw maag te beschermen tegen de dexamethason. 

 Malpositie: Soms zit één van de elektroden niet op de goede plek. We kunnen dit zien op een hersenscan. Dan kan het nodig zijn om de elektrode iets terug te trekken. Heel soms moeten we deze opnieuw plaatsen. In dat geval moeten we opnieuw het stereotactisch frame op uw hoofd plaatsen. 

Elektrodebreuk: Een elektrodekabel kan breken tijdens een epileptische aanval. Een breuk ontstaat meestal buiten de schroef/schedel. De elektrode die nog overblijft kan eenvoudig uit het hoofd worden verwijderd. Zijn er nog voldoende andere elektroden op de goede plekken aanwezig dan gaat de registratie van uw aanvallen gewoon door. 

De registratie

Daarna brengen wij u naar de Epilepsie Monitoring Unit (EMU) in Kempenhaeghe of naar de EMU in het ziekenhuis. Hier registreren wij uw epileptische aanvallen. Dat doen we met het stereo-EEG. Soms is het nodig om aanvallen op te wekken. Dit betekent dat u minder medicijnen krijgt. Of dat u 's nachts wakker moet blijven.

Er is een verschil tussen de EMU van Kempenhaeghe en die van het ziekenhuis (MUMC+). In Kempenhaeghe bent u overdag in een woonkamer met andere patiënten en heeft u meer bewegingsruimte. In het ziekenhuis blijft u tijdens de registratie op uw eigen kamer.

De stereo-EEG registratie van uw aanvallen stopt als we voldoende gegevens hebben.

Tijdens de registratie kijken we ook of we de plek van de hersenfuncties in beeld kunnen brengen. Dit gebeurt door kort kleine delen van de hersenen elektrisch te stimuleren. Hierdoor kunnen bepaalde functies in uw lichaam kort veranderen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het verlies van kracht of gevoel in een arm of been. Soms wekken wij gericht (een deel van) een aanval op. Dit levert informatie op over de bron van de epilepsie. 

Bij een aantal patiënten vindt na de registratie en stimulatie ook een coagulatie plaats. Hierbij schakelen we de epilepsiebron uit door stroom op de elektroden te plaatsen, waardoor ter plekke deze bron verhit wordt.

Dit is een veilige behandeling. De neuroloog bespreekt dit aan het einde van de registratie met u. Om het verblijf in Kempenhaeghe of het ziekenhuis zo prettig mogelijk te maken vragen wij u:

  • Kleding met knoopjes of rits mee te nemen.
  • Een pyjama te dragen waar we 's nachts de draden van de elektroden op mogen vastspelden.

Na de registratie

Na uw verblijf in Kempenhaeghe gaat u met de ambulance terug naar het ziekenhuis. U komt dan op de Neurologie/Neurochirurgie afdeling. Kinderen gaan na de registratie terug naar de PICU.

Hier worden de elektroden en schroeven verwijderd. U krijgt hiervoor een lokale verdoving. Ook worden de gaatjes gehecht. Kinderen krijgen hiervoor meestal een korte narcose. U blijft daarna nog één nacht voor controle op de Medium Care afdeling. Kinderen blijven een nacht op de PICU.

Soms maken we nog een CT-scan van het hoofd. Dat doen we als extra controle. De arts bepaalt of dit nodig is. Als alles goed gaat mag u de volgende dag naar huis. Zorg dat er iemand is om u naar huis te brengen. De hechtingen lossen vanzelf op. Zijn deze na 3 weken nog niet weg? Maak dan een afspraak bij de huisarts. Hij haalt de hechtingen dan voor u weg. 

De uitslag

De uitslag is na 3 tot 4 maanden bekend. De neuroloog informeert u hierover.  

Weer thuis

Het is bekend dat mensen na het onderzoek goed herstellen. Dit duurt bij de ene patiënt wat langer dan bij de andere. Dit heeft bijvoorbeeld te maken met het aantal epileptische aanvallen. En hoe ernstig deze waren. 

Na het verwijderen van de elektroden mag u 10 dagen niet uw haren wassen en zwemmen. Na 10 dagen mag u uw haren wassen. U mag pas weer zwemmen als alle wondjes op het hoofd dicht zijn.

Heeft u thuis nog vragen? Bel dan met de afdeling Neurochirurgie. Dit kan ook in het weekend. U kunt ook een e-mail sturen naar: epilepsiechirurgie@mumc.nl.

Bel de afdeling ook als u één van de volgende klachten krijgt:

  • problemen met het genezen van de wond.
  • pijn die erger wordt.
  • Een zwelling (verdikking) op de plaats van de wondjes. Of als er vocht uit de wondjes lekt.
  • Koorts boven de 38 °C.

Bloed verdunnende medicatie (meest voorgeschreven):

  • Ascal (carbasalaat calcium)
  • Aspirine (acetylsalicylzuur)
  • Persantin (dipyridamol)
  • Plavix (clopidogrel)
  • Sintrom (acenocoumarol); na stop moet de INR voor operatie <1.2 zijn
  • Marcoumar (fenprocoumon); na stop moet de INR voor operatie <1.2 zijn
  • Xarelto (rivaroxaban)
  • Pradaxa (dabigatran)
  • Efient (prasugrel)
  • NSAID’s zoals bv Ibprofen/Brufen/Diclofenac

Deze lijst is niet compleet. Vraag voor de zekerheid aan uw huisarts of u bloedverdunners gebruikt. 

Contact

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Stel deze aan een van de volgende afdelingen:

Tijdens kantooruren:

  • Secretariaat Neurochirurgie:                         043-387 40 41
  • Polikliniek Neurologie/Neurochirurgie:    043 - 387 6 5 00

Buiten kantooruren (weekend/ 's nachts):
vraag naar de dienstdoende arts-assistent neurochirurgie

  • Spoedeisende Hulp (SEH):                              043 - 387 67 00
  • Telefooncentrale ziekenhuis:                        043 - 387 65 43  

Andere handige telefoonnummers: 

  • Medium Care Afdeling:                                   043 - 387 6535
  • Kinderafdeling:                                                   043 - 387 42 20
  • Secretariaat Epilepsiechirurgie Kempenhaeghe:        040-227 94 60
  • Polikliniek Epileptologie Kempenhaeghe: 040-227 90 22       
  • Polikliniek Epileptologie Oosterhout:         0162-481800
Laatst bijgewerkt op 27 juli 2023. Bekijk de meest actuele versie van deze folder op: info.mumc.nl/pub-1204