


Folder
TAVI (Transcatheter Aortic Valve Implantation)
Behandeling van een vernauwde aortaklep
Uw behandelend arts heeft u doorverwezen naar het TAVI-spreekuur, omdat u mogelijk een TAVI moet ondergaan.
Wat is een TAVI?
TAVI staat voor Transcatheter Aortic Valve Implantation. Dit houdt in dat:
- via een katheter (Transcatheter)
- een nieuwe aortaklep (Aortic Valve)
- wordt geïmplanteerd (Implantation).
Een TAVI procedure wordt door een cardiothoracaal chirurg (hart- longchirurg) en de cardioloog samen uitgevoerd.
Uw persoonlijke situatie kan anders zijn dan dat hier staat beschreven. Uw behandelend arts kan uw specifieke situatie het beste beoordelen. Bij twijfel is hij/zij de aangewezen persoon om te overleggen.
Wat is een aortaklep?
De hartkleppen in het hart zorgen ervoor dat het bloed de goede kant op kan stromen door op het juiste moment open en dicht te gaan. Een aortaklep bestaat uit drie dunne klepbladen die precies op elkaar aansluiten. De aortaklep zorgt ervoor dat er geen bloed terug kan lekken van de lichaamsslagader (aorta) naar de linkerkamer van het hart. Als er zich een vernauwing (ook wel stenose genoemd) van de klep heeft gevormd kan het bloed niet goed doorstromen. Een ernstige vernauwing van de aortaklep wordt meestal veroorzaakt door verkalking van de klep en kan soms klachten geven zoals kortademigheid, pijn op de borst of flauwvallen. Deze klepvernauwing kan worden vastgesteld op een echo van uw hart.
Een TAVI kan op 2 verschillende manieren
1) TAVI via de lies (femoraal)
Op basis van de CT-scan wordt bekeken of het inbrengen van de nieuwe hartklep via de liesslagader (transfemoraal) mogelijk is. Dit heeft als voordeel dat de ingreep met plaatselijke verdoving kan gebeuren. Nadat de klep is geplaatst en alles ongecompliceerd is verlopen gaat u naar de recovery afdeling en daarna weer terug naar de verpleegafdeling. In principe gaat u drie dagen na de ingreep weer naar huis.
2) TAVI via de punt van het hart (apicaal)
Wijst de CT-scan uit dat de hartklep niet via de liesslagader kan worden geplaatst, dan kan de ingreep via een kleine snede aan de linkerkant van de borstkas (transapicaal) plaatsvinden. Deze ingreep vindt plaats onder volledige narcose en na de ingreep gaat u naar de Intensive Care voor verder herstel.
TAVI-spreekuur
Samen met de arts op het TAVI-spreekuur op de polikliniek Hart+Vaat Centrum/MUMC+ worden de verschillende opties met u besproken. De uiteindelijke keuze is maatwerk en hangt af van een afweging van de voor- en nadelen en de mogelijke risico’s. Dit wordt door de arts samen met u besproken en besloten. De mogelijke opties bij een aortaklepvernauwing zijn:
- Geen aortaklepingreep. Indien het risico van de ingreep (TAVI) groter is dan het te verwachten voordeel is het beter voor u om deze ingreep niet te ondergaan.
- Klassieke hartklepvervanging door middel van een openhartoperatie
- TAVI (Transcatheter Aortic Valve Implantation)
Voorbereiding op een TAVI
Als uiteindelijk gekozen wordt voor een TAVI is een aantal vooronderzoeken nodig:
- CT-scan (gemaakt in het Maastricht UMC+) van de aorta en liesslagaders. Dit onderzoek is nodig om te bepalen of de nieuwe hartklep via de lies kan worden geplaatst en wat de maat moet zijn van de nieuwe klep. Het kan voorkomen dat deze scan bevindingen laat zien die nader onderzoek behoeven. De uitslag van de CT-scan wordt op het pré-operatieve spreekuur met u besproken. Houd er rekening mee dat deze CT-scan eventueel direct na het TAVI-spreekuur wordt gemaakt. Bij deze scan wordt contrastmiddel gebruikt.
- Meestal een coronair angiogram(CAG)/hartkatheterisatie
-
Aanvullende onderzoeken of consulten indien noodzakelijk.
Risico’s en mogelijke complicaties van een TAVI
Bij een klassieke aortaklepvervanging moet de borstkas worden geopend en wordt een hart- longmachine gebruikt. Bij een TAVI hoeft dit niet; de borstkas blijft gesloten en indien de hartklep via de lies wordt geplaatst kan het zelfs met alleen een plaatselijke verdoving gebeuren. Dit maakt een TAVI weliswaar minder ingrijpend, maar u moet zich goed realiseren dat deze ingreep niet zonder risico’s en mogelijke complicaties is. Dit bespreken we met u op het TAVI-spreekuur. Mogelijke complicaties zijn:
- Bloedingen of bloedvatbeschadiging
- Herseninfarct
- Noodzaak tot pacemakerimplantatie
- Overlijden
- Infecties
- Overige complicaties
Na de ingreep
U mag na de ingreep 4 weken geen voertuig besturen (auto, motor etc.). Het herstel en de revalidatie na de ingreep hangt van veel factoren af. Onder andere of de klep via de lies of de punt van het hart wordt geplaatst. Na de ingreep wordt een afspraak gepland op de polikliniek Hart+Vaat Centrum van het MUMC+. Er wordt dan samen met u besproken welke vorm van revalidatie voor u geschikt is.
Planning
Indien gekozen wordt voor een TAVI en nadat alle (voor)onderzoeken gedaan zijn, wordt een afspraak gepland voor u op het pré-operatieve spreekuur op de polikliniek Hart+Vaat Centrum van het MUMC+.
Contact
Als u na het lezen van dit informatieblad nog vragen heeft, neem dan contact op met:
Planbureau Hart+Vaat Centrum
Telefoon: 043 387 7069 (op werkdagen van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.00 uur)