Folder
HPB-chirurgie: lever, galblaas/galwegen en alvleesklier
Algemene informatie
Spijsverteringskanaal
Het spijsverteringstelsel betekent letterlijk ‘het verteren van spijzen’. Hierbij wordt voedsel afgebroken tot voedingstoffen die het lichaam vervolgens opneemt om te gebruiken. Bij de opname en omzetting van voedingstoffen komen belangrijke bouwstoffen en energie vrij. De lever, galblaas en alvleesklier spelen een belangrijke rol bij de spijsvertering.
De lever (hepar)
De lever is een groot orgaan, rechtsboven in de buikholte. Bij een volwassen persoon weegt deze ongeveer 1,5kg. Het middenrif ligt tegen de bovenkant van de lever. De lever bestaat uit twee delen: het rechter- en het linker leverdeel. De lever heeft een ontgiftende werking, regelt de vet- eiwit- en koolhydraatstofwisseling, vormt gal en slaat allerlei belangrijke stoffen op, zoals vitaminen en glycogeen. Wanneer er een deel van de lever (chirurgisch) wordt weggehaald is het in staat om zich te herstellen. Het resterende leverdeel kan na de operatie aangroeien waardoor het levervolume toeneemt.
De galblaas en galwegen
De galblaas ligt rechtsboven in de buikholte, tegen de voorkant van de lever. In de lever vindt de productie van gal plaats. Deze wordt via kleine galkanalen in de lever getransporteerd naar de galkanalen buiten de lever richting de galblaas. In de galblaas wordt galvloeistof ingedikt en opgeslagen. Een volwassen persoon produceert 500 tot 800ml geelgroenige galvloeistof per dag. Deze galvloeistof is nodig voor het verteren van vetten.
De alvleesklier (pancreas)
De alvleesklier is een langwerpig orgaan bovenin de buikholte. De alvleesklier heeft twee verschillende functies:
- De spijsverteringsfunctie speelt een belangrijke rol bij de vertering van het voedsel. De alvleesklier produceert sappen (spijsverteringsenzymen). Via kleine afvoerbuisjes komt dit sap samen in één grote afvoerbuis (alvleesklierbuis) en wordt afgevoerd naar de twaalfvingerige darm. De alvleesklierbuis mondt uit in de twaalfvingerige darm, ongeveer tien cm voorbij de sluitspier van de maag. Deze plek noemen we de Papil van Vater. Vlak voordat de alvleesklierbuis in de twaalfvingerige darm uitmondt, verenigt deze zich met de galafvoergang.
- De tweede functie van de alvleesklier speelt een belangrijke rol bij het regelen van de bloedsuikerspiegel. In de alvleesklier zit klierweefsel zonder afvoerbuisjes. Dit zijn de ‘Eilandjes van Langerhans’. Hier worden onder andere de hormonen insuline en glucagon geproduceerd. Deze kliertjes geven hun hormonen direct aan het bloed af en zorgen voor de regulering van de bloedsuikerspiegel.
De alvleesklier bestaat uit:
- De staart, die links in de buikholte ligt dicht bij de milt en de linker nier.
- Het lichaam of middengedeelte, dat zich achter de maag bevindt.
- De kop, in het midden van de buik onder de lever en tegen de twaalfvingerige darm.
De soort operatie is altijd afhankelijk van de plek waar het probleem zich bevindt.