Een netvliesloslating is een ernstige oog aandoening. Hierdoor kan blijvend verlies van gezichtsscherpte optreden.
Hoe ontstaat een netvliesloslating?
Het glasvocht is een heldere gelei die het grootste deel van het oog opvult en vast zit aan het netvlies. Met het ouder worden vervloeit. Het glasvocht en laat het los van het netvlies. Hierbij kan een scheur in het netvlies ontstaan. Via deze scheur kan vocht achter de netvlies komen en tot een netvliesloslating leiden. Wat zijn de risicofactoren?
- Bijziendheid.
- Operatie aan het oog.
- Netvliesloslating aan het ander oog.
- Trauma(bijv. tennisbal tegen het oog).
- Familiaire belasting.
- Aangeboren syndromen.
Houdingsadvies
Vóór en na de operatie krijgt u een houdingsadvies voorgeschreven. Dit bespreekt de arts met u. Opgelet; het houdingsadvies van voor de operatie is meestal anders dan het advies van na de operatie.
Verschijnselen en alarmsymptomen van een netvliesloslating
- Ontstaan of toenemen van vlekken (mouches volantes).
- Flitsen.
- Gezichtsvelduitval.
De behandelmogelijkheden voor een netvliesloslating
In alle gevallen is het doel van de behandeling het netvlies weer terug op zijn plaats te krijgen. Afhankelijk van uw leeftijd, hoe lang het netvlies los heeft gelegen en de bouw van uw oog kan de behandeling variëren.
Er zijn 5 behandel mogelijkheden.
-
Op de polikliniek wordt door middel van laser een kleine, plaatselijke verlittekening veroorzaakt; het netvlies wordt dan met zijn onderlaag als het ware “versmolten”.
Deze ingreep kan alleen als het een heel kleine netvliesloslating betreft. -
Op de polikliniek wordt onder lokale verdoving een gasbel in het oog gespoten. Hierna wordt met de laser een verlittekening tussen netvlies en onderlaag tot stand gebracht.
Deze behandeling wordt maar bij een kleine groep patiënten uitgevoerd en is ook weer afhankelijk van de grootte van de netvliesloslating en van de plaats in het oog. -
Op de operatie kamer wordt onder lokale verdoving rondom de buitenkant van het oog een siliconenbandje op het oog gehecht om het oog van buitenaf in te duwen. Eventueel kan het vocht onder het netvlies verwijderd worden. Aanvullend wordt er een gasbel ingespoten. De gasbel en het bandje drukken de netvliesscheur dicht waardoor er geen vocht meer onder het netvlies kan komen. Dit type operatie wordt vooral bij jonge patiënten uitgevoerd. De operatie duurt ongeveer een uur. U kunt direct na de operatie naar huis.
-
Op de operatie kamer wordt onder lokale verdoving drie kleine openingen in het oogwit gemaakt. Via deze gaatjes worden hele kleine instrumenten in het oog gebracht waarmee het glasvocht wordt verwijderd. Het netvlies wordt op zijn plaats gedrukt en vervolgens rondom vast gelaserd. Aan het eind van de ingreep wordt het oog gevuld met gas of siliconenolie. De keuze voor gas of olie wordt tijdens de operatie door de netvlieschirurg bepaald. Aansluitend aan de operatie krijgt u mogelijk een houdingsadvies voor de komende weken (zie ook hieronder). De operatie duurt ongeveer een uur. U kunt direct na de operatie naar huis. Dit is de meest uitgevoerde behandeling voor een netvliesloslating in onze kliniek.
-
Soms besluiten u en de arts samen om niet te behandelen. Dit is nooit een beslissing die de behandelaar alleen maakt, maar altijd in overleg met u. Dit zijn zeer uitzonderlijke gevallen. Bijvoorbeeld waarbij de netvliesloslating al lang bestaat, de kans op herstel klein is of als u geen operatie kan of wilt ondergaan.
Complicaties
- Roodheid en irritatie treden bijna altijd op. Dit verdwijnt na verloop van tijd .
- Bloeding en infectie. Er is een kleine kans op infectie of nabloeding. Bij toename van roodheid, pijn of zwelling moet u contact op nemen met de polikliniek Oogheelkunde.
- De oogdruk kan door een netvliesoperatie toenemen. Dit ontstaat door weefselzwelling, de aanwezigheid van gas, olie, bloed of door een ontstekingsreactie. Dit wordt behandeld met oogdrukverlagende oogdruppels. Heeft u hoofdpijn, bent u misselijkheid of moet u braken, dan moet u contact opnemen met de poli Oogheelkunde.
- Het succes percentage van de eerste netvliesoperatie is ongeveer 80 procent. Dat betekent dat tot 20 procent van de patiënten een 2e of meer operaties nodig heeft om het netvlies op zijn plek te leggen.
- Na het verwijderen van de olie is er een kans van 20 procent dat het netvlies weer loslaat. Dan kan een nieuwe operatie nodig zijn.
- Verminderde gezichtsscherpte is een direct gevolg van de netvliesloslating. Na het loslaten van het centrale deel van het netvlies (gele vlek) zal het zicht nooit meer terugkeren tot het oorspronkelijk zicht niveau.
- U kunt last hebben van wazig zien en een vervormd beeld. Ondanks dat het netvlies op zijn plaatst ligt, kan toch de oorspronkelijke structuur veranderd zijn. Bijvoorbeeld door langdurige zwelling van het netvlies zelf of door een litteken weefsel boven op het netvlies. Overigens kan zo’n membraan meestal door een extra operatie worden verwijderd.
- Littekenweefsel of litteken reactie van het netvlies kan zowel vóór als na de eerste operatie aanwezig zijn. De kans is groter bij een langer bestaande netvliesloslating, bij een grote netvliesscheur of als er meerdere netvliesscheuren aanwezig zijn. Hierdoor kan het netvlies opnieuw los komen van de onderlaag. In dat geval is een nieuwe operatie nodig waarbij het oog met olie gevuld moet worden.
- Een Vitrectomie zal leiden tot snellere staarvorming. Dit kan opgelost worden door een staaroperatie.
- De brilsterkte zal na het plaatsen van cerclage (bandje) tussen -1 tot -3 dioptrieën (brilsterkte) toenemen. Een goede brilmeting kan pas 3 maanden na de operatie plaatsvinden.
- Dubbelzien kan ten gevolge van een cerclage (bandje) optreden. Dit verdwijnt meestal na verloop van tijd en komt weinig voor.
Prognose
Het herstel van uw gezichtsscherpte is van meerdere factoren afhankelijk. De belangrijkste factor is of bij de netvliesloslating ook de gele vlek betrokken is geweest. Als de gele vlek bij de loslating nog op de plaats ligt, dan is de prognose gunstiger. U moet er rekening mee houden dat de volledige genezing na een netvlies loslating minimaal 1 jaar is.
Medicatie
Na de operatie krijgt u een recept met medicatie mee. Het is belangrijk dat deze druppels volgens het aangegeven schema gebruikt worden.
Controle afspraken
Na de operatie zijn er meestal 2 controles zij bij de polikliniek Oogheelkunde; na 2 en 6 weken. Deze afspraken krijgt u na de operatie mee.
Autorijden
Door verlies van gezichtsscherpte door de netvliesloslating en bij aanwezigheid van gas of olie in het oog voldoet u niet meer aan de rijvaardigheidseisen van het CBR. Bovendien werken beide ogen na de operatie slecht samen en zolang er gas in het oog aanwezig is helemaal niet. Wij adviseren daarom dan ook geen auto te rijden tot u een positief rijadvies van de oogarts heeft gekregen.
Contact
Heeft u vragen of problemen, neem dan contact met ons op.
Polikliniek Ooogheelkunde
T: 043-387 68 00,
Maandag tot en met vrijdag van 8:30 tot 12:00 uur en van 13:00 tot 17:00 uur
E: poli.oogheelkunde@mumc.nl
Spoedeisende Hulp (SEH)
T: 043-387 67 00
na 17:00uur en in het weekend.
Vraag naar dienstdoende oogarts.