MUMC+ getekend

Folder

Behandelindicatie voor chronische lymfatische leukemie (CLL) vanaf 66 jaar

Fit en leeftijd vanaf 66 jaar, IGHV gemuteerd, geen TP53 afwijkingen

Samen met uw arts is besloten om te starten met de eerste behandeling van uw ziekte Chronisch Lymfatische Leukemie (CLL).  Volgens de Nederlandse behandelrichtlijn CLL zijn er verschillende behandelingen mogelijk. De keuze van de eerste behandeling bepaalt ook de volgorde van eventuele latere behandelingen. De volgorde van verschillende behandelingen worden behandelstrategieën genoemd. Het resultaat op de lange termijn verschilt tussen de verschillende behandelingen. Dat komt omdat sommige behandelingen pas kort bestaan en nog niet duidelijk is hoe lang deze werkzaam zijn.

Wat kunnen behandeldoelen zijn?

Wat kunnen behandeldoelen zijn? En wat is voor u belangrijk voor uw keuze tussen de verschillende behandelingen?

  • Zo lang mogelijk leven met zo min mogelijk hinder van de ziekte en de behandeling.
  • Bekendheid met de lange termijn resultaten.
  • De kans om aan het begin langer geen behandeling nodig te hebben.
  • Hoe u zich voelt tijdens en na de behandeling.
  • Of behandeling helemaal thuis kan of dat u af en toe naar het ziekenhuis moet komen (infuus).
  • Aard van de mogelijke bijwerkingen.
  • Andere dingen, die u met uw hematoloog kunt bespreken.

Behandeling

Om u te helpen bij het maken van uw keuze hebben we in de volgende tekening aangegeven welke behandelingen bij u gegeven kunnen worden, hoe lang ze duren en hoe lang ze gemiddeld werken. En welke behandelingen er na gegeven kunnen worden en hoeveel we daar nu van weten. Zo krijgt u een indruk van de lange termijn gevolgen van uw keuze van eerste behandeling.

Over elke behandeling kunt in de bijbehorende folder meer informatie krijgen.

Behandelkeuzes

Behandelstrategieën voor ‘fitte’ CLL patiënten vanaf 66 jaar met gemuteerd IGHV en geen TP53 afwijkingen.

Na een wait & see (W&S) fase (of soms direct bij diagnose) is een behandeling nodig geworden. In de figuur is dit weergegeven alsof de patiënt vaste grond onder de voeten verliest en kans loopt in het water te vallen. De patiënt hoopt dat er meerdere ijsschotsen zullen zijn om verder door het leven te kunnen wandelen. Er zijn volgens de Nederlandse CLL behandelrichtlijn verschillende eerste behandelingen mogelijk:

  1. Chemo-immunotherapie met fludarabine-cyclofosfamide-rituximab (FCR).
  2. Venetoclax-obinutuzumab (VenO).
  3. Ibrutinib of acalabrutinib (beide een zogenaamde BTK-remmer (BTKi)).

De keuze van eerste behandeling bepaalt ook de vervolgbehandelingen. De lengte in tijd van de verschillende ijsschotsen geeft aan hoe lang een behandeling gemiddeld werkt.

De duur van behandeling wordt weergegeven door de donkere blokjes in elke ijsschots. Gestippelde ijsschotsen geven aan dat we nu nog niet weten hoe lang een behandeling gemiddeld werkt.

Wanneer een behandeling is uitgewerkt geeft de figuur aan welke behandeling kan volgen en hoe lang die gemiddeld werkt (BR is chemo-immunotherapie met bendamustine-rituximab, VenR is Venetoclax-rituximab, CIT is chemo-immunotherapie).

De mistflarden geven aan dat een behandeling wel kan worden gegeven, maar dat onbekend is hoe lang die dan werkt.

Behandelkeuzes

Keuzehulp
Behandelvolgorde
De afweerpoli van het MUMC

Contact

Werkdagen
Poli Oncologie T: 043-387 64 00
Dagcentrum Interne Ziekten T: 043-387 42 50

Avond-, nachturen, weekenden en feestdagen
Verpleegafdeling A5 Hematologie & Oncologie                                                  T: 043-387 65 10 / 043-387 45 10

Websites

Laatst bijgewerkt op 25 mei 2023. Bekijk de meest actuele versie van deze folder op: info.mumc.nl/pub-1858