
U bent door uw behandelend arts verwezen naar de afdeling Beeldvorming voor een PET-CT scan.
Hier vindt u alle informatie die voor u belangrijk is bij de voorbereiding en het onderzoek.
Het onderzoek vindt plaats op locatie Beeldvorming 2 (Nucleaire Geneeskunde) niveau 0. Volg A–0–Paars.
Wij verzoeken u tien minuten voor de afgesproken tijd aanwezig te zijn. Bent u verhinderd voor uw afspraak, geef dit dat zo spoedig mogelijk door aan de afdeling, minimaal één dag voor het onderzoek.
Wat is een PET-CT onderzoek
Met een PET-CT onderzoek kan het glucoseverbruik in het lichaam zichtbaar worden gemaakt.
Organen en bepaalde processen in het lichaam verbruiken glucose en zullen daarom de toegediende licht radioactieve stof opnemen waardoor deze zichtbaar worden op de scan.
Tijdens het onderzoek ligt u stil op een onderzoekstafel die langzaam enkele keren door een open ring schuift. In deze ring zit zowel een röntgenbuis als ook een ring met detectoren waarmee het radioactieve signaal wordt opgevangen. De scanner maakt geen geluid, indien gewenst kunt u gebruik maken van de radio.

Voorbereiding
- Wij verzoeken u om 24 uur vóór het onderzoek sporten en zware fysieke inspanning te vermijden.
- Draag tijdens het onderzoek gemakkelijke kleding bijvoorbeeld een T-shirt en joggingbroek. Let op dat er geen metalen delen aan deze kledingstukken zitten, zoals ritsen of knopen.
- Vanaf 4 uur voor aanvang van het onderzoek mag u niet meer eten, drinken en roken. Twee uur voor het onderzoek moet u beginnen met het drinken van één liter vocht (water of thee zonder suiker). Het is belangrijk dat u géén glucose houdende producten binnen krijgt. U mag gewoon naar het toilet gaan.
- Voor bepaalde scans is het gebruik van een lage dosis Propranolol® en/of van jodiumhoudend contrastmiddel noodzakelijk. Of dit nodig is, is niet altijd van tevoren bekend. Dit krijgt u te horen tijdens de voorbereiding van het onderzoek.
-
Laat sieraden en waardevolle spullen zoveel mogelijk thuis. De afdeling kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies of vermissing van spullen die in de kleedkamer moeten achterblijven.
Wat u altijd moet melden
- Bent u zwanger of denkt u dit te zijn? Neem dan contact op met uw arts vóór het onderzoek.
- Als u borstvoeding geeft, kan het zijn dat u na toediening van het radiofarmacon enkele voedingen moet overslaan. Als u hierover vragen heeft, neem dan voor het onderzoek contact op met onze afdeling.
- Bent u overgevoelig voor jodiumhoudende contrastmiddelen? Geef dit dan vóór het onderzoek door aan uw behandelend arts of aan de Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundige (MBB’er) die u tijdens het onderzoek begeleid.
-
Bent u overgevoelig voor ontsmettende jodium op de huid? Dan bent u niet automatisch allergisch voor het jodium in een contrastmiddel, maar dit moet u wel melden aan de MBB’er.
- Heeft u last van allergieën, bijvoorbeeld hooikoorts, astma of eczeem? Dan moet u dit melden aan de MBB’er.
- Heeft u een nieraandoening? Meld dit dan meteen aan uw behandelend arts, zodat hij tijdig voorzorgsmaatregelen kan nemen of voor een alternatief onderzoek kan kiezen.
- Bent u diabetespatiënt (suikerpatiënt)? Meld dit dan vóór het onderzoek, aan uw behandelend arts.
-
Bent u claustrofobisch dan kunt u, in overleg met de dienstdoende Nucleair Geneeskundige, een kalmerend middel (Diazepam) krijgen. Voorafgaand aan toediening zal gekeken worden of er geen contra-indicaties voor toediening van dit medicijn zijn.
Let op!
Wanneer u tijdens het onderzoek een kalmerend middel heeft gehad, mag u die dag niet zelf autorijden. Het is dan ook belangrijk dat u een begeleider meeneemt of na afloop kunt laten komen
Medicijnen
Uw gebruikelijke medicijnen kunt u op de normale wijze blijven innemen. Uitzonderingen zijn:
- De inname van diuretica (plasmedicijnen) moet, als dat mogelijk is, 24 uur vóór het onderzoek gestopt worden maar alleen in overleg met uw behandelend arts.
-
Als u NSAID’s (ontstekingsremmende pijnstillers) slikt, dan stopt u zo mogelijk tijdelijk hiermee, 24 uur voor het onderzoek.
Bent u diabetes (suikerziekte) patiënt?
- Dan wordt uw afspraak bij voorkeur aan het einde van de ochtend gepland.
- U mag tot 4 uur vóór het onderzoek een licht ontbijt gebruiken en u uw medicatie en/of insuline innemen.
- Als u in de dag voor en/of de ochtend van onderzoek hoge glucosewaarden vaststelt met de vingerprik (groter dan 10 mmol/l), dan moet u direct contact opnemen met de afdeling Nucleaire Geneeskunde. Telefoonnummer 043-387 67 47. Bij hoge glucosewaarden kan het zijn dat de scan wordt uitgesteld. Wanneer het lichaam namelijk al een teveel aan suiker heeft, wordt de kwaliteit van het onderzoek te laag.
-
Gebruikt u Metformine bevattende medicatie voor uw diabetes mellitus (suikerziekte) en heeft u een verminderde nierfunctie? Stop dan alleen in overleg met uw behandelend arts met het innemen van deze tabletten op de dag van het onderzoek. Als het stoppen met deze tabletten problemen veroorzaakt, neem dan contact op met uw arts voor een eventueel vervangend medicijn. Twee tot vijf dagen na het onderzoek moet de aanvragend arts bloed bij u afnemen om de nierfunctie te controleren. Uw behandelend arts geeft de bloeduitslagen aan u door en maakt nieuwe afspraken met u over het weer starten met de Metformine bevattende medicatie.
Jodiumhoudend contrastmiddel
Als u contrastmiddel krijgt ingespoten, kunt u tijdens de injectie een metaalsmaak proeven en een warm gevoel krijgen door het hele lichaam. Het is bekend dat jodiumhoudende contrastmiddelen soms allergische reacties veroorzaken. Deze treden dan meestal al snel na het onderzoek op.
De reacties kunnen licht zijn in de vorm van jeuk, galbultjes, misselijkheid, bleekheid, zweten of duizeligheid. In zeldzame gevallen kan de reactie iets heviger zijn met meer galbultjes of de neiging tot flauwvallen. Nog zeldzamer kan een ernstige reactie zoals een shock optreden. Heel zeldzaam zijn late reacties, meestal in de vorm van jeuk of huidreacties. Meldt u zich in dat geval bij uw behandelend arts en of huisarts.
Als vooraf bekend is dat u allergisch reageert op jodiumhoudend contrastmiddel, krijgt u afhankelijk van de ernst van de reactie, vóór het onderzoek hiertegen medicijnen. Deze medicijnen hebben invloed op de rijvaardigheid. U mag dan na het onderzoek niet autorijden.
Als u jodiumhoudend contrastmiddel moet krijgen, wordt er naar uw nierfunctie gekeken. Het zou kunnen dat op basis van een slechte nierfunctie het onderzoek niet kan doorgaan, of bepaalde voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen, zoals vochttoediening via een infuus voor en na het onderzoek. Dit gebeurt volgens een bepaald protocol. Uw behandelend arts geeft hierover verdere toelichting als dit bij u van toepassing is.
Het onderzoek
De Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundige (MBB’er) haalt u op in de wachtkamer en geeft u uitleg over wat er gaat gebeuren. In belang van het onderzoek kunnen wij u vragen om bepaalde kledingstukken, sieraden of protheses uit te doen. Vervolgens gaat u liggen op een bed waar de bloedsuiker wordt gemeten en er een infuus wordt geprikt. Via dit infuus krijgt u een kleine hoeveelheid radioactief vloeistof toegediend. Hier voelt u niets van.
Deze radioactieve vloeistof heeft 45-60 minuten nodig om goed in te werken in het lichaam. Tijdens dit inwerken is het belangrijk dat u zo ontspannen als mogelijk blijft liggen zodat de radioactieve vloeistof zich goed verdeelt in het lichaam.
Na het inwerken van de vloeistof mag u nogmaals naar het toilet. Hierna gaat u naar de scanner en gaat u op uw rug op de onderzoekstafel te liggen. Afhankelijk van het af te beelden gebied duurt de scan tussen de 15 en 30 minuten. In de scanner ligt u meestal met uw armen boven het hoofd. De MBB’er bedient de PET-CT-scanner vanuit de bedieningsruimte naast de onderzoekskamer. U kunt met de MBB’er spreken via een intercom. Tijdens het hele onderzoek kan de MBB’er u zien en horen. U kunt de MBB’er in geval van nood altijd waarschuwen.
Tijdens het maken van de scan is het belangrijk dat u zo stil als mogelijk blijft liggen en de instructies van de MBB’er goed opvolgt. Bewegingen verstoren de opnamen waardoor ze onbruikbaar kunnen worden.
Tijdens het onderzoek zelf kunt u ook nog vragen stellen aan de aanwezige Nucleair Geneeskundige en/of Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundige.
In totaal bent u ongeveer 1,5 tot 2 uur op de afdeling.
Na het onderzoek
Na afloop van het onderzoek vragen wij u nog even te wachten in de wachtruimte. Er wordt gekeken of de scan technisch goed gelukt is, of het af te beelden gebied er goed op staat en of er nog aanvullende opnamen gemaakt moeten worden. De MBB’er zal u hierover informeren.
Kreeg u contrastmiddel toegediend via een injectie, dan vragen wij u om na de scan nog 15 minuten ter observatie in de wachtkamer plaats te nemen. Hebt u last van allergieën bijvoorbeeld hooikoorts), astma of eczeem, dan vragen wij u 30 minuten ter observatie plaats te nemen.
Risico’s en bijwerkingen
Het onderzoek is niet gevaarlijk, omdat de gebruikte hoeveelheid radioactiviteit zeer gering is. Het stralingsrisico is niet groter dan bij een röntgenonderzoek. Er zijn geen bijwerkingen. Wij adviseren u om na het onderzoek extra veel water te drinken (1 a 2 liter). Zo verdwijnt het contrastmiddel en de licht radioactieve stof via de urine weer snel uit het lichaam. Indien u zich om medische redenen aan een vochtbeperking moet houden, of indien u vochttoediening via een infuus kreeg voor en na het onderzoek, hoeft u deze extra hoeveelheid niet te drinken.
De uitslag
De uitslag van het onderzoek is niet onmiddellijk bekend, dit duurt 3 tot 5 werkdagen. De afdeling Beeldvorming stuurt het verslag van het onderzoek naar uw behandelend specialist. In een vervolgafspraak bespreekt uw behandelend specialist de uitslag met u. Deze afspraak maakt u zelf.
Contact
Bent u verhinderd voor uw afspraak, geef dit dan zo spoedig mogelijk door aan de afdeling Beeldvorming, minimaal 1 dag voor het onderzoek. Het product wordt speciaal voor u besteld en gemaakt.
Hebt u na het lezen van deze informatie nog vragen, neem dan contact met ons op.
Afdeling Beeldvorming 043 – 387 67 47 maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 16.30 uur